In Noord-Korea heeft 40 procent van de bevolking te weinig voedsel

Terwijl de wereld zich afvraagt waar Kim Jong-un is, lijdt in Noord-Korea meer dan 40 procent van de bevolking aan voedseltekorten en andere gebreken. Mijn artikel over het nieuwe VN-rapport over de humanitaire situatie in Noord-Korea:

In Noord-Korea lijdt 40 procent van de bevolking gebrek

Noord-Korea komt tot leven in verrassend sterk drama Crash Landing on You

Ik recenseerde de Zuid-Koreaanse serie Crash Landing on You, die via Netflix te zien is. De romantische serie uit Zuid-Korea geeft een verrassend gelaagd beeld van de enigmatische dictatuur. Kijkers leren eindelijk eens Noord-Koreanen als mensen kennen.

Zuid-Koreaanse soapseries wisten met een opmars van jewelste de afgelopen jaren de harten van kijkers wereldwijd te veroveren. Maar net als met muzikale evenknie K-pop weet het fenomeen vooralsnog geen breed Nederlands publiek te trekken. En dat is zonde. Wie toch eens van ‘K-Drama’ wil proeven, heeft met romantische comedyserie Crash Landing on You een uitstekend instapmodel.

De serie heeft een levendige verhaallijn die nooit inzakt en geen moment duf aanvoelt. Beauty-ondernemer Yoon Se-ri staat op het punt erfgename te worden van een miljardenconcern. In een zeldzaam momentje ontspanning gaat ze paragliden, waarbij een storm haar over de grens met Noord-Korea zwiept. Daar wordt ze aangetroffen door de ernstige doch charmante kapitein Ri Jeong-hyuk – die tevens uit een machtige familie blijkt te komen. Hoewel hij haar moet oppakken, probeert hij tevens haar te helpen om te ontsnappen naar haar thuisland.

Gaandeweg raken hun levens steeds inniger met elkaar verknoopt, met oplopende problemen voor beide partijen tot gevolg – alsook een steeds groter en bonter arsenaal aan personages dat zich met het tweetal bemoeit.

Een kleine waarschuwing vooraf: het hoge sentimentele gehalte van Zuid-Koreaanse series kan Nederlandse kijkers wat moeite kosten. Gelukkig worden de romantische scènes, waar er naar goed Koreaans gebruik veel van zijn, goed afgewisseld met komische voorvallen – met meestal een glansrol voor de kameraden van kapitein Ri. Een hilarisch moment is als Yoon haar passie voor biologisch eten en periodiek vasten probeert uit te leggen aan Noord-Koreaanse infanteristen. Al even grappig is wanneer een Noord-Koreaanse agent weigert een Zuid-Koreaanse koffieautomaat te gebruiken, uit medelijden met de persoon die in die krappe ruimte bestellingen zou moeten bereiden.

Authentiek

Bijzonder aan de serie is hoe gedetailleerd en genuanceerd het leven in Noord-Korea wordt weergegeven. Dit is niet de eerste Zuid-Koreaanse serie die zich deels afspeelt in de communistische dictatuur, maar niet eerder werden Noord-Koreanen zozeer als complexe en menselijke wezens neergezet – in plaats van vlakke karakters die enkel sukkel of spion zijn. In westerse media ontbrak dit verfijnde beeld tot nu toe geheel: de laatste film die Noord-Korea breed onder de aandacht bracht was het ongelooflijk flauwe en platte The Interview (2014) met Seth Rogen en James Franco.

Niet alleen leren kijkers Noord-Koreanen als mensen kennen, ook worden eens andere nationale gebruiken belicht dan militaire parades of raketproeven. Zo is te zien hoe buitenlandse smokkelwaar wordt verkocht op de zwarte markt, hoe de stroom geregeld uitvalt en met een fiets weer wordt opgewekt. Daarnaast blijkt ook het zogenaamd socialistische Noord-Korea een met rijkdom pronkende elite te kennen en moeten apps voor een smartphone in een fysieke winkel worden aangeschaft.

Allemaal zaken die het dagelijkse leven in Noord-Korea tekenen, maar buiten het gesloten land nauwelijks bekend zijn. Noord-Koreaanse vluchtelingen hebben de in Zuid-Korea goed bekeken serie geprezen om het accurate en gelaagde beeld van hun thuisland. Als script-assistent werd dan ook een Noord-Koreaanse balling ingehuurd die voor zijn vlucht in Pyongyang zowel filmwetenschappen studeerde als werkte als lijfwacht voor het Kim-regime.

Doorkijken

Voor wie nu de tijd heeft is Crash Landing On You is een fijne serie om je in vast te bijten. De zestien afleveringen zijn lekker lang, meestal zo’n 70 tot 80 minuten. De cliffhangers aan het einde van elke aflevering zijn vaak zo scherp dat niet toegeven aan het automatisch afspelen van de volgende episode moeilijk kan zijn. Helaas stuit je bij aanvang van elke nieuwe aflevering wel op een minutenlange samenvatting van de vorige – waardoor je kort achter elkaar tweemaal hetzelfde ziet. Ook wordt dezelfde ballade (‘Flower’ van Yoon Mi-rae) zó vaak ingezet bij een romantisch moment dat het liedje bij de finale je neus uitkomt.

Naast de zoete franje is Crash Landing on You vooral een ijzersterk drama. Met een goed gebalanceerde mix van tragedie, humor en politieke intrige biedt de serie een verfrissende kijk in het Noord-Koreaanse leven.

9/10.

Een eerdere versie van dit artikel verscheen op 17 april 2020 in NRC Handelsblad.

Waarom test Noord-Korea raketten tijdens de coronacrisis?

Zelfs een mondiaal om zich heen grijpende pandemie is geen partij voor het Noord-Koreaanse propagandaprogramma. Nog altijd houdt het regime vol dat het land nul Covid-19-besmettingen kent. Sterker nog, terwijl in maart het ene na andere land in lockdown ging, voerde Pyongyang in maart en april doodleuk vijf raketproeven uit.

Voor wie denkt dat Noord-Korea een volledig geïsoleerd fort is, lijkt de bewering coronavrij te zijn niet eens zo gek. Als je afgegrendeld bent voor de grote boze buitenwereld komt er immers ook geen virus binnen. De werkelijkheid is dat de 1420 kilometer lange grens met China simpelweg te lang is om helemaal af te sluiten. Sinds de hongersnood van medio jaren negentig vindt over deze grens ontzettend veel smokkel en formeel illegale handel plaats van goederen die op de Noord-Koreaanse zwarte markt belanden. Veel huishoudens zijn afhankelijk van deze handel, omdat het loon dat zij ontvangen van hun staatsbaan vaak goed is voor één pak rijst.

Het coronavirus is hoogstwaarschijnlijk via deze handelsroute het land binnengekomen, waarna Kim Jong-un een lockdown gelastte. Niemand mag nog erin of eruit. Geen enkele analist gelooft de staatsbewering van nul besmettingen, maar momenteel valt weinig te zeggen over hoe hard de ziekte Noord-Korea getroffen heeft. Enkele anonieme bronnen reppen van honderden doden. Bij eerdere ziekte-uitbraken traden Noord-Koreaanse autoriteiten laat op en ontbrak het hen aan de middelen om goed in te grijpen.

Wat wél vaststaat is dat het Noord-Koreaanse zorgstelsel geenszins is opgewassen tegen een epidemie van deze orde. De ziekenhuizen die nog functioneren kampen structureel met medicijntekorten en hebben vaak niet eens stromend water. Dat terwijl de Noord-Koreaanse bevolking zeer kwetsbaar is: ruim 40 procent van de inwoners is ondervoed. Met het sluiten van de grenzen en het stokken van de smokkel uit China zal dit percentage vermoedelijk alleen maar toenemen.

Dit alles maakt de timing om juist nú raketproeven te hervatten opmerkelijk. De internationale gemeenschap heeft wel andere dingen aan zijn hoofd, waardoor Kim Jong-un aandacht en ophef wel kan vergeten. Een rakettest is echter ook wat het woord al aangeeft: Pyongyang test raketten om te zien of zij werken en om te leren waar veranderingen moeten worden aangebracht om zo de militaire slagkracht te verbeteren.

Daarnaast wil Noord-Korea vooral in de kijker blijven van de Verenigde Naties. VN-chef Guterres heeft al opgeroepen tot sanctieverlichting tegen de dictatuur zolang de crisis duurt, iets waarnaar het Kim-regime al jaren snakt. De Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Mike Pompeo zei vooral te willen vasthouden aan bestaande strafmaatregelen, waarna hij direct door Pyongyang voor rotte vis werd uitgemaakt. Het is de hoop van Noord-Korea dat sancties op humanitaire gronden tijdelijk worden ingetrokken – wat niet onredelijk is. Het zal echter gezien de continue noodlijdende staat waarin het land verkeert moeilijk worden de maatregelen later weer in te stellen.

Dit artikel is geschreven voor de rubriek ‘In de Wereld’ van De Groene Amsterdammer

‘Onze kijk op Noord-Koreanen is te simpel’

Het regime in Pyongyang probeert zijn burgers een identiteit op te dringen, maar slaagt daarin niet, ontdekte Christopher Green. Voor NRC interviewde ik de socioloog over zijn recente promotieonderzoek voor de Universiteit Leiden.

Het Noord-Koreaanse regime heeft er met zijn propaganda-apparaat een dagtaak aan: het construeren en opdringen van een nationale mythe, met daarin een heldenrol voor de Kim-dynastie. Op middelbare scholen is zelfs een heel vak gewijd aan de grotendeels fictieve geschiedenis van de goddelijke acties van de drie Kims. Hoewel uitgebreide studie is gedaan naar deze en andere propaganda-uitingen van Pyongyang, was nog maar bar weinig gekeken naar wat burgers vinden over wat het inhoudt om Noord-Koreaan te zijn.

Als iemand hier onderzoek naar kan doen, is het de Britse socioloog Christopher Green wel. Weinig niet-Koreaanse mensen spraken met zoveel verschillende Noord-Koreaanse burgers en vluchtelingen als Green, onderzoeker en docent aan de Universiteit Leiden. Na een carrière als redacteur in de Zuid-Koreaanse hoofdstad Seoul met als specialisatie nieuwsgaring uit Noord-Korea, verhuisde Green naar Nederland om aan de Universiteit Leiden te promoveren op een onderzoek naar Noord-Koreaanse identiteitsvorming.

Hij promoveerde onlangs op Pride, Prejudice and Manchurian Heritage: North Korean Migrants and Memories of a Land Left Behind en vertelt telefonisch over zijn onderzoeksresultaten. „Noord-Koreanen zijn vaak trots op hun landgenoten, maar niet op de ideologie van het regime.”

U sprak voor uw onderzoek met 95 Noord-Koreaanse vluchtelingen en verspreidde enquêtes onder meer dan 350 van hen. Dat is ruim 1 procent van alle Noord-Koreaanse vluchtelingen in Zuid-Korea. Hoe vond u die?

„Ik heb lang in Zuid-Korea gewoond en werkte jaren voor Daily NK, een website die nieuws uit Noord-Korea brengt, grotendeels op basis van bronnen in dat land. Ik heb toen veel Noord-Koreaanse vluchtelingen gesproken die werkten voor Daily NK, of die informatie verstrekten.”

In het nieuws horen we vooral de kant van het Noord-Koreaanse regime. Hoe definieert die overheid de nationale identiteit?

„De staat definieert wat het betekent om Noord-Koreaan te zijn op basis van afstamming en herkomst. Het hanteert een racistische conceptie van nationale identiteit die opzettelijk uitsluitend is. Het probeert de Koreaanse ‘bloedlijn’ van anderen te isoleren en claimt dat die superieur is. Etnisch nationalisme is altijd vrij rigide van aard, maar de Noord-Koreaanse variant is er een extreme uitwas van – vooral qua exclusie. Het nationalistische discours verklaart waarom er geen immigranten zijn, maar is ook een middel om de autoritaire dictatuur te legitimeren.”

Dat strookt toch niet met het communisme?

„Nee, absoluut niet. Tot medio jaren zestig wordt in Noord-Koreaanse publicaties nog lippendienst bewezen aan socialistisch internationalisme. Vanaf eind jaren zestig begon Kim Jong-il, de zoon van de toenmalige dictator Kim Il-sung en van 1994 tot eind 2011 leider van Noord-Korea, aan zijn opmars. Hij was in geen enkel opzicht een marxist. Je ziet dat onder zijn invloed de narratieven meer etnisch nationalistisch en postkoloniaal van aard worden.”

In uw proefschrift stelt u dat vluchtelingen de Noord-Koreaanse identiteit heel anders definiëren dan het bewind. Hoe dan?

„Allereerst zien Noord-Koreanen hun identiteit veel complexer als de door de Noord-Koreaanse overheid opgelegde identiteit. Die wordt gevormd op basis van hun eigen ervaringen, die weer mede bepaald zijn door de generatie en locatie waar mensen opgroeien.

„In de hoofdstad Pyongyang bijvoorbeeld, waar veel meer rijkdom en voorzieningen zijn dan elders, zijn burgers wat positiever over hun land. Ook oudere mensen, die de tijd van vóór de hongersnood van de jaren negentig nog bewust hebben meegemaakt, waarderen hun land meer.

„De belangrijkste eigenschappen van het ‘Noord-Koreaan zijn’, zijn volgens de meeste respondenten geboren zijn in Noord-Korea en de Koreaanse taal beheersen. Wat hun identiteit vormt, is meer de volkscultuur dan de politieke cultuur.

„Noord-Koreaanse vluchtelingen voelen op geen enkele manier trots voor de staatsideologie. Dat zijn door het regime opgelegde systemen, maar die vormen geen geleefde realiteit voor de bevolking. De gerechten die zij eten, de liedjes die zij zingen en de cultuur die zij ervaren doen dat wel: dát vormt hun identiteit.”

Zijn vluchtelingen niet juist altijd negatief over hun land van herkomst? Ze zijn immers gevlucht.

„Dat alle gevluchte Noord-Koreanen een slecht beeld van hun thuisland hebben, strookt niet met wat ik onderzocht heb. Ze zijn wel positief over andere dingen dan het regime. Noord-Koreaanse vluchtelingen voelen vooral een gevoel van trots voor landgenoten die op een bepaalde manier ergens succesvol in zijn. Meestal is dat sport of kunst.

„Daarnaast zijn veel Noord-Koreanen gevlucht voor honger of onderdrukking, maar niet allemaal. Sommigen gingen in China werken en hoorden toen dat ze in Zuid-Korea nog meer konden verdienen, maar hadden niet per se het doel om voor altijd Noord-Korea te verlaten. Anderen komen omdat ze hun ambities niet kunnen waarmaken in Noord-Korea. Een gegoede Noord-Koreaanse familie stuurde hun kind stiekem naar Zuid-Korea om te gaan studeren, nadat ze gehoord hadden dat dit gratis was voor vluchtelingen.”

Hoe is de overstap voor mensen die u sprak naar Zuid-Korea?

„Dat hangt vaak af van de leeftijd. Mensen die op jonge leeftijd naar Zuid-Korea komen, kunnen nog studeren en een degelijke baan vinden. Zij zijn over het algemeen tevreden, net als vluchtelingen ouder dan zestig. Laatstgenoemde groep krijgt een kleine toelage van de overheid; zij zeggen dat leven in Zuid-Korea voelt als écht socialisme.

„De mensen die hier qua leeftijd tussenin vallen, hebben het het zwaarst. Zij zijn niet in Zuid-Korea naar school gegaan en moeten dus werken, maar hebben niet de middelen om een goede baan te vinden. Zij vallen tussen wal en schip en zijn begrijpelijkerwijs wrokkig over de positie waarin zij zich bevinden.”

De Noord-Koreaanse identiteit is dus complexer dan vaak gedacht. Waarom is dat belangrijk om te weten?

„Het beeld van Noord-Koreanen in westerse media is simplistisch en eenvormig. Dat komt doordat Noord-Korea ver weg ligt, door oriëntalistische stereotypen en door de manier waarop de acties van het Noord-Koreaanse regime – denk: kernproeven, rakettests – worden gezien als representatief voor het hele land. Bij Noord-Korea is het erger dan bij andere landen.

„Het IJzeren Gordijn zorgde tijdens de Koude Oorlog ook voor vlakke identiteitsbeelden, maar we hebben nooit zo’n simplistisch beeld gehad van Oost-Duitsers als we hebben van Noord-Koreanen.”

Een eerdere versie van dit artikel verscheen op 6 april 2020 in NRC Handelsblad.

Troy Collings, oprichter Young Pioneer Tours, overleden

Na zijn eerste bezoek aan ‘het meest gesloten land ter wereld’ wist Troy Collings uit Nieuw- Zeeland het meteen: hij wilde zoveel mogelijk toeristen Noord-Korea laten zien. In ruim tien jaar bracht hij duizenden reizigers met zijn bedrijf Young Pioneer Tours (YPT) tegen een zacht prijsje naar het totalitaire land. Onomstreden was het niet: een Amerikaanse reiziger werd een bezoek aan Noord-Korea fataal.

data56731830-1b768a

Collings’ obsessie met Noord-Korea ontstond na het zien van de documentaire A State of Minduit 2004, waarin Noord-Koreaanse gymnasten gevolgd worden die zich voorbereiden op een show met typisch Noord-Koreaans massaal synchroonvertoon.

Na een studie ondernemerschap aan de Universiteit van Auckland vertrok Collings naar China. Hij ondernam enkele toeristische reizen met zijn vriend Gareth Jones, en samen richtten ze in 2008 YPT op. Groepsreizen van een week naar Noord-Korea kostten destijds bij andere reisorganisaties zo’n 1.400 à 2.000 euro per persoon. Collings en Jones waren ervan overtuigd dat dit ook voor de helft kon.

Het bedrijf zette van meet af aan in op avontuurlijke marketing. De organisatie zei reizigers te brengen naar „bestemmingen waarvan je moeder wil dat je er ver vandaan blijft”. YPT probeerde meer te bieden dan een gewone reis en bood fietsreizen en „adventure tours” aan en zelfs „de eerste Noord-Koreaanse zuipcruise”. Waar andere reisorganisaties juist herhaaldelijk verzekerden hoe veilig en verantwoord hun reizen naar het dictatoriale land waren, adverteerde YPT met avontuur.

TroyCollings2

Een van de reizigers die dankzij YPT Noord-Korea kon bezoeken is Chad O’Carroll (36), oprichter en hoofdredacteur van NK News, de beste nieuwssite over Noord-Korea. „Zonder de budgetprijsmodellen die YPT voor het eerst inzette, hadden veel jonge mensen nooit Noord-Korea kunnen bezoeken. Die reizen speelden in sommige gevallen – bijvoorbeeld bij mijzelf – een doorslaggevende rol bij het ontstaan van een langdurige interesse in het land.”

Bij Collings zag hij precies dezelfde passie, zegt O’Carroll: „Zijn enthousiasme voor de Noord-Koreaanse cultuur, maatschappij en bevolking heeft in hoge mate bijgedragen aan de groei van YPT de afgelopen tien jaar.”

Toch bleef de reisorganisatie niet gevrijwaard van kritiek – en niet alleen omdat het bedrijf meewerkte aan potentiële propaganda en inkomsten voor een regime dat alom bekend staat om grove mensenrechtenschendingen. De stoutmoedige wijze waarop YPT zijn reizen promootte en de drankgelagen waarover meerdere reizigers berichtten, gaven het bedrijf in veler ogen een roekeloos karakter.

Dit wuifde de onderneming lange tijd weg, tot de arrestatie van YPT-reiziger Otto Warmbier in 2016 het wereldnieuws haalde. Na het stelen van een propagandavlag werd de 21-jarige Amerikaan opgepakt, in een schijnproces huilend voor de camera’s getoond en veroordeeld tot vijftien jaar werkstraf. Anderhalf jaar later werd hij vrijgelaten, maar bleek in coma te liggen. Hij werd nog overgebracht naar Amerika maar stierf enkele dagen later. Kort hierna verbood de Amerikaanse overheid burgers nog langer naar Noord-Korea te reizen. Warmbiers vader bekritiseerde YPT wegens het „lokken van jongeren op zoek naar avontuur” zonder zich om hun veiligheid te bekommeren.

TroyCollings3

Collings was ervan overtuigd dat toerisme de banden tussen Noord-Koreanen en buitenlanders kan bevorderen. „Ik heb meermaals echt menselijk contact gemaakt en dat heeft een groot effect op me gehad”, zei hij over zijn eerste reis. Hij wilde laten zien dat gewone Noord-Koreanen geen robots of kwaadaardige communisten zijn, maar mensen als ieder ander. Sommige analisten hopen met hem dat toeristisch contact Noord-Koreanen en westerlingen nader tot elkaar kan brengen, maar anderen wijzen erop dat reizigers in Noord-Korea worden afgeschermd van de samenleving en alleen te zien krijgen wat het Kim-regime wil dat ze zien.

Collings, die vaak onberispelijk gekleed ging in Koreaanse maatpakken, hield ook van de ongerepte landschappen van Noord-Korea. Hij spande zich in om tot dusver voor buitenlanders gesloten natuurgebieden toegankelijk te maken voor zijn tourgroepen.

Naast toerisme legde Collings zich toe op liefdadigheidsprojecten in Noord-Korea. In 2012 richtte hij het Pyongyang Centrum voor Doven en Blinden op. Ook adopteerde YPT een ‘coöperatieve boerderij’, waarnaar vrijwilligerswerk-reizen werden georganiseerd, en sponsorde het bedrijf rampenbestrijdingsdiensten. In een recent interview zei Collings dat hij zich de komende jaren meer wilde richten op liefdadigheidswerk in Noord-Korea, met name in de zorg.

Dat moet nu zonder hem gebeuren. Begin maart overleed de reisleider aan een hartaanval. „We hebben een visionair en een ware pionier in de reisbranche verloren”, aldus YPT in een verklaring. „We zullen de herinnering aan Troy eren door het werk voort te zetten waar hij zo van hield.”

TroyCollings4

Een eerdere versie van dit artikel verscheen op 4 april 2020 in NRC Handelsblad